In het verleden was het niet altijd duidelijk hoe te handelen bij incidenten met gegaste droge bulklading. Verschillende overheidsinstanties waren betrokken, wat soms leidde tot verwarring of zelfs maatschappelijke onrust. In 2021 werd bijvoorbeeld in de media gesproken over "gifschepen" toen bleek dat drie binnenschepen lading met een te hoog fosfinegehalte vervoerden. Dit was een ongewenste situatie.
Om meer duidelijkheid te scheppen, heeft de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) een handelingsinstructie opgesteld. Deze instructie beschrijft welke stappen moeten worden gevolgd wanneer er te hoge fosfinewaardes vrijkomen uit droge bulklading, zoals diervoeders en voedselproducten. In Nederland is het verboden om lading met een te hoog fosfinegehalte te vervoeren. In de instructie staat precies uitgelegd wat u in zo’n situatie moet doen.
Wanneer is er sprake van te hoge fosfinewaardes?
Er is al sprake van te hoge fosfinewaardes wanneer de grenswaarde van 0,1 ppm wordt overschreden. Bij blootstelling van 8 uur of langer aan deze concentratie kan gezondheidsschade optreden.
Hoe weet ik of de fosfinewaardes te hoog zijn?
Te hoge fosfinewaardes kunnen op verschillende manieren worden vastgesteld:
-
Gasdetectiemeter
Een persoonlijke gasdetectiemeter geeft een alarmsignaal bij waardes vanaf 0,1 ppm. KBN adviseert om een dergelijke meter aan boord te hebben wanneer u deze lading vervoert..
-
Geurwaarneming
Fosfine zelf is geurloos, maar er wordt een knoflookgeur aan toegevoegd om gevaar te signaleren. Als u deze geur waarneemt, kan dat duiden op een te hoge concentratie.
-
Waarschuwingen van derden
Bij een bekend incident bleek op een later tijdstip dat een lading te hoge fosfineconcentraties bevatte. De betreffende schepen waren al onderweg en werden dus later gewaarschuwd.
-
Gezondheidsklachten
Symptomen zoals misselijkheid, hoofdpijn en duizeligheid kunnen wijzen op een te hoge blootstelling aan fosfine. Neem in dat geval direct maatregelen.
Kosten en vertragingen
Volgens de handelingsinstructie moet de schipper of binnenvaartondernemer een gassingsleider aanstellen. Dit brengt extra kosten met zich mee. Daarnaast kan een incident leiden tot vertragingen (verlette tijd), zoals in eerdere gevallen is gebleken. Belangrijk om te weten is dat de kosten voor de gassingsleider en de verlette tijd niet worden gedekt door uw casco- of P&I-verzekering.
Wij hebben deze kwestie besproken met ILT. Koninklijke Binnenvaart Nederland (KBN) vindt het onterecht dat de schipper opdraait voor kosten die voortkomen uit de lading van een ander, daarnaast is het niet de schipper fosfine aan de lading heeft toegevoegd. ILT benadrukt echter dat dit een privaatrechtelijke kwestie is en dat marktpartijen hier zelf afspraken over moeten maken.
Wij adviseren u daarom om vooraf met uw opdrachtgever duidelijke afspraken te maken over wie verantwoordelijk is voor de kosten en vertragingen bij een incident.
Voor meer informatie:
|