OGGZ-cowboy Rob Schouten neemt afscheid en blikt terug op 16 jaar Vangnet & Advies |
Rob Schouten (64) begon zestien jaar geleden als pionier bij Vangnet & Advies. “Wij waren OGGZ-cowboys. Ons vakgebied was braakliggend terrein.” Binnenkort stopt Schouten met werken. We kijken met hem terug op zijn indrukwekkende carrière als OGGZ-medewerker. “De maatschappij is in de afgelopen decennia ontzettend verhard.“
Vanuit zijn werk als verpleegkundig specialist rolde Schouten in het vak van medewerker Openbare Geestelijke Gezondheidszorg (OGGZ). Vangnet & Advies was toen nog een club van vier of vijf mensen vanuit de GGZ, Brijder en maatschappelijke opvang. Toenmalig gezondheidsminister Els Borst gaf hen de wettelijk taak om te voorkomen dat mensen tussen wal en schip terechtkwamen. Toen deze taak in 2010 ging vallen onder de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo), werd bemoeizorg overgeheveld naar de GGD.
Cruciale rol
Schouten zat bij Vangnet & Advies helemaal op zijn plek. “Ik hou van de vrijheid en de verantwoordelijkheid die je hebt”, zegt hij. “Het is dankbaar werk, het geeft veel voldoening als je iemand hebt kunnen helpen.” Frustraties zijn er vanzelfsprekend ook. Maar die hebben meer te maken met de positie van Vangnet & Advies dan de mensen voor wie hij zich inzet. “Ik zou willen dat onze rol niet meer onderschat wordt. Bij bezuinigingen wordt er te makkelijk gezegd: haal de OGGZ maar weg. Men realiseert zich niet wat dit betekent. Dat komt omdat we in de preventiehoek zitten en het effect van ons werk niet zichtbaar is. Als wij één klant kunnen helpen, besparen we tonnen zorgkosten. Nog los van de maatschappelijke schade die we voorkomen. De rol van Vangnet & Advies is cruciaal. Daar kom je pas achter als het er niet meer is.”
Chronisch psychotisch
Terug naar de mooie kant van het vak: mensen helpen. Op de vraag welke casus hem het meest is bijgebleven, moet Schouten het antwoord schuldig blijven. “Dat zijn er zo veel”, lacht hij. Toch wil hij er eentje noemen. Omdat deze gebeurtenis volgens hem duidelijk laat zien waar het bij Vangnet & Advies om draait: hulp bieden daar waar andere organisaties geen voet tussen de deur krijgen. “Ik was net begonnen bij Vangnet & Advies en kwam in contact met een vrouw die chronisch psychotisch was. Ze dacht dat ze werd bestuurd door de hond van haar buren. Hoewel ze niet gevaarlijk was, had de buurt veel last van haar. Ze was als de dood voor de GGZ, dus daar ging ze vast en zeker niet heen. Uiteindelijk kreeg ik haar toch zover dat ze daar een intake deed, met als gevolg dat ze verplicht werd medicatie te nemen. Heel lang ging dat goed, totdat we een paar maanden geleden weer een melding kregen van de politie over de vrouw. Mijn collega’s en ik zijn verkennend onderzoek gaan doen en ontdekten dat de vrouw via de rechter had afgedwongen dat ze mocht stoppen met de verplichte medicijnen. Ze vond dat ze wel weer zonder kon. Binnen no time was ze weer psychotisch, maar de GGZ kon niets meer voor haar doen, want ze stond niet meer onder toezicht. Voorzichtig heb ik weer contact gelegd en uiteindelijk is het ons gelukt om haar via een rechterlijke machtiging op te laten nemen. Sindsdien gaat het gelukkig weer beter met haar.”
Lege handen en een open hart
Waarom lukt het Schouten wel wat collega’s van gemeente, GGZ, Brijder of andere instanties vaak niet voor elkaar krijgen? “Onze klanten hebben vaak negatieve ervaringen met zorginstanties. Wij zijn eerlijk en oprecht, dringen niets op. Het enige dat we willen is in contact komen om zodoende het gesprek aan te gaan. Wij werken met respect voor de persoon in kwestie en vanuit gelijkwaardigheid.” Die manier van werken is overigens niet altijd makkelijk. “Daarom heb je als OGGZ-medewerker meer aan je mens-zijn dan aan bergen vakkennis”, zegt Schouten. “Je kunt nog zo hoogopgeleid zijn, maar die vakkennis zorgt er niet voor dat iemand je vertrouwt. Ik kom bij klanten met lege handen en een open hart. Het is niet voor niets dat zorgmijders voor ons wel hun deur opendoen.”
Menselijk contact
Natuurlijk is het niet alleen maar hosanna. “Wat ik erg lastig vond was de coronaperiode”, zegt Schouten. “Wij waren (nog) niet gevaccineerd, terwijl ons werk gewoon doorging. Veel klanten waren van mening dat corona niet bestond en namen derhalve geen maatregelen. Ondertussen belandden er steeds meer mensen in een isolement en daardoor zagen wij de vraag naar hulp toenemen.”
Menselijk contact is volgens Schouten essentieel om problemen te voorkomen. Met de verharding en individualisering van de maatschappij is er geen corona nodig om situaties te laten escaleren. “De grootste problemen ontstaan als mensen zich afzonderen en vereenzamen. Als jouw brein met je aan de haal gaat - door ouderdom bijvoorbeeld - en continu beweert dat de buurman het op je gemunt heeft, dan is het fijn als iemand je af en toe tegenspreekt en tegen je zegt dat je dit verzint. Gebeurt dit niet, dan roest zo’n denkwijze vast in je hoofd.” |
|
|
|
|