Jaargang 2, nr. 3 | november 2024 |
|
|
|
|
De werkdag van OGGZ-medewerker Kees-Pieter van den Heuvel |
De mensen van team Vangnet & Advies laten zich niet uit het veld slaan. Elke dag weer doen zij hun uiterste best voor de mensen bij wie niemand meer komt. Omdat ook zij recht hebben op zorg. In onze nieuwsbrief laten we zien hoe een werkdag bij Vangnet & Advies eruitziet. Deze keer een ‘gewone’ vrijdag van OGGZ-medewerker Kees-Pieter van den Heuvel.
08.00 uur
“Om 07.45 uur word ik gebeld door de politie: een oud-cliënt van mij, Hans*, is onder invloed afgelopen nacht van straat gehaald en net weer thuis afgezet na een nachtje in de cel. Een paar maanden geleden ben ik met deze meneer in contact gekomen vanwege een ernstig verslavingsprobleem. Ik heb hem destijds kunnen onderbrengen bij een van onze samenwerkingspartners, en dat ging lange tijd hartstikke goed. Totdat ik pasgeleden een melding kreeg dat hij was teruggevallen. Er stond een spoedopname gepland voor komende week, maar hij kon het middelengebruik niet stoppen en was door de overlast dus aangehouden. Heel fijn dat er dan een korte lijn met de politie is, zodat ik weer snel in contact met Hans kan komen om in te schatten hoe het op dit moment met hem is.”
“Hans neemt gelukkig gelijk op als ik hem bel. Ik hoor al snel dat het echt niet goed met hem gaat. Hij loopt buiten en samen met een samenwerkingspartner probeer ik hem naar huis te krijgen, zodat ik hem direct kan bezoeken. Mijn doel is om de spoedopname voor deze dag voor elkaar te krijgen, zodat hij de zorg krijgt die er nu nodig is en die hij wil. Bijkomend voordeel is dat dan de overlast stopt en er verdere politie-inzet in het weekend kan worden voorkomen. Hans laat weten thuis te blijven. Zoals bij dit werk vaker gebeurt, moet ik mijn planning omgooien. Dat ben ik gewend. Ik heb van tevoren altijd een soort dagplanning, maar die kan op ieder moment veranderen.”
“Als ik hem aantref, is hij compleet onder invloed en emotioneel. Ik probeer hem gerust te stellen. Ik zeg dat ik blij ben dat hij er is, dat het goed is hem te zien. Ik geef hem een schouderklop en laat weten dat ik en een collega er voor hem zijn. Onderweg naar hem toe heb ik contact gelegd met de verslavingszorg om de spoedopname voor die dag voor elkaar te krijgen. Vervolgens begin ik het gesprek met Hans. Wat is er de afgelopen dagen gebeurd? Welke medicatie heeft hij wel of niet ingenomen? En wat heeft de crisisdienst precies gedaan, die hem eerder die week al had bezocht? Beetje bij beetje komen we tot de kern en hoor ik wat hem heeft geholpen en wat niet.”
10.00 uur
“Hans kan worden opgenomen, maar alleen in een kliniek in de buurt van Amsterdam is plek. Omdat dat redelijk ver weg is en hij het daar niet kent, besluit ik hem te brengen. Zo weet ik zeker dat hij aankomt. Hans is nog onder invloed, maar omdat hij mij vertrouwt en omgekeerd ik hem ook, neem ik hem mee in mijn auto. Onderweg praten we veel. Hij vertelt onder andere wat zijn terugval heeft getriggerd. Dat is belangrijke informatie, want in de kliniek kan hij steun en medicatie krijgen, maar het echte probleem wordt daar niet opgelost. Omdat Hans de kliniek niet kent, ga ik ook even met hem mee naar binnen. Zo weet ik zeker dat hij goed terechtkomt. Ik praat ook even met een arts om informatie uit te wisselen. Na ongeveer drie kwartier sta ik weer buiten. Op de terugweg koppel ik de informatie terug naar zijn begeleiding, zodat zij daarmee aan de slag kunnen.”
13.00 uur
“Onderweg naar kantoor in Den Helder eet ik mijn boterham op. Lunchen doe ik eigenlijk altijd al werkende, want de uren vliegen voorbij. Vervolgens bel ik Fender* die een tijd geleden vanwege psychische problemen en bijkomende overlast uit zijn woning is gezet. Hij heeft nu weer onderdak, maar loopt regelmatig onder invloed rond. Ik zou vanmiddag bij hem langsgaan om even bij te praten, maar dat wordt krap qua tijd. Dus maak ik een afspraak voor volgende week.”
14.30 uur
“Mijn tweede huisbezoek van vandaag is bij Jens* in Den Helder, wiens woning ernstig vervuild is. Toen ik daar voor het eerst kwam, kon je de vloer niet eens zien. In de keuken lagen overal lege flessen frisdrank en beschimmelde etenswaren. Onze taak is niet het opruimen van een woning, maar soms help je wel een stukje mee opruimen om goed contact met iemand te krijgen. Dan is het een middel om vertrouwen te krijgen en tot samenwerking te komen met iemand die niet op een reguliere wijze in contact kan komen met hulpverlening. De eerste keer hebben we samen tien vuilniszakken weggebracht.”
“Het is de zevende week op rij dat ik langskom. Het gaat steeds iets beter.
Ik merk dat Jens meer over zijn leven vertelt en beter in zijn vel zit. Soms probeer ik hem een beetje uit de tent te lokken. Dan zeg ik: ‘Nou, er is nog niet zoveel gebeurd vergeleken met vorige week.’ Waarop hij zegt: ‘Echt wel, ik heb daar en daar opgeruimd.’ Vervolgens zeg ik: ‘Weet je wat, ik maak een foto, dan kan ik volgende week goed zien wat er is veranderd.’ Daarmee bied je iets heel praktisch en een stok achter de deur om te blijven opruimen. Overigens werkt bij iedereen weer een andere benadering. In dit werk is het belangrijk om in een eerste contact op grond van je eerdere ervaringen aan te voelen hoe je iemand het beste kan benaderen.”
“Ik blijf natuurlijk niet oneindig bij hem langsgaan. Na de eerste twee contacten heb ik een aanvraag bij het wijkteam gedaan voor thuisbegeleiding. Eén van de taken bij Vangnet & Advies is mensen snel naar zorg toe te leiden. Die is er vanwege procedures bij gemeenten niet direct. Nu komt er komende week na ongeveer zes weken iemand van het wijkteam mee om hem bij de reguliere zorg aan te melden, zodat Jens ook op de lange termijn ondersteuning heeft. Een zorgaanbieder gaat hem ondersteunen hoe hij zijn leven beter kan gaan organiseren en dan als eerste zijn huishouden. Het kan van een melding bij ons tot start zorg wel ruim twee maanden duren voordat deze daadwerkelijk start. Daar is dan onze tijdelijk Vangnet-rol voor.”
16.00 uur
“Het is een volle dag geweest met nog een laatste huisbezoek. Dit keer in een vakantiepark, bij Marina* een vrouw uit een ander EU-land die een tijd geleden mentaal was ingestort en bij de crisisdienst in beeld is gekomen vanwege suïcidale uitspraken tegen haar huisarts. Ook haar bezoek ik regelmatig om even de vinger aan de pols te houden. Ik probeer haar te motiveren om in contact te blijven met haar familie in het buitenland, zodat ze steun kan krijgen en misschien weer naar hen kan terugkeren. Ik heb ook contact met haar familie. Er speelt bij Marina veel schaamte, omdat ze mentale pijn heeft die ze verdooft met alcohol. Maar het is wel belangrijk om die binding met haar en haar familie te blijven houden, zodat we hopelijk langzamerhand haar terugkeer naar haar thuisland kunnen voorbereiden.”
17.00 uur
“Nadat ik op kantoor het een en ander heb teruggekoppeld via de e-mail en zaken geregistreerd, kan ik naar huis. Ik vind het een groot voordeel dat ik niet in mijn woonplaats werk, want in de auto op weg naar huis heb ik genoeg tijd om van het werk los te komen. Thuis heb je het natuurlijk ook nog weleens over wat je hebt meegemaakt. Want het is een avontuurlijke baan waarbij je echt mensen kunt helpen en het verschil kan maken doordat er veel vrijheid is om tot oplossingen te komen.
Ik ga met een voldaan gevoel het weekend in. De meeste voldoening kreeg ik van de ochtend, toen ik Hans heb kunnen helpen doordat er een plek beschikbaar was in een kliniek."
*De namen in dit artikel zijn om privacy-redenen gefingeerd.
|
|
|
|
|
|