Leiden
Stadsnieuws
Algemeen
Janice Deul: Het is tijd voor een slavernijmonument middenin de stad
Naam: Janice Deul
Beroep: fashion- & cultuuractivist, curator en publicist 
Geboren: Rotterdam, 1962
Karakter: optimistisch en ongeduldig 
Motto: Het wordt alleen maar beter

De burgemeester bij Keti Koti als vertegenwoordiger van de gemeente. En een monument op een prominente plek in de stad. Volgens de Leidse publicist en curator Janice Deul is het de hoogste tijd om de slachtoffers van het slavernijverleden zichtbaar te maken. Maar er is meer nodig. “Zorg ervoor dat Leiden echt een inclusieve stad wordt. Dat gaat niet vanzelf.”



Je woont in het centrum van Leiden. Wat zie je als je naar buiten kijkt?
“De stad waar ik me al decennialang thuis voel, ook al lijken we te blijven hangen in het verleden. Het is ook een stad die heel ‘wit’ aanvoelt, terwijl Leiden ik weet niet hoeveel nationaliteiten telt. Als ik met mensen ‘van buiten’ over de markt loop, zeggen ze: “Waar zijn de mensen van kleur?” Veel bi-culturele Leidenaren wonen in de buitenwijken en worden – anders dan bijvoorbeeld expats -  veelal over het hoofd gezien.”  

Speelt die onzichtbaarheid ook in jouw werk?
“Jazeker. De manier waarop we als land in het verleden omgingen met mensen van kleur heeft nu, in het heden, nog steeds negatieve gevolgen. Ook op het gebied van mode en cultuur. Het beïnvloedt wie we mooi vinden, wie we ‘couturier’ noemen en wie een plekje in het museum verdient. Leiden loopt bepaald niet voorop als het gaat om inclusie en diversiteit. Ik zie nauwelijks beleid en áls er beleid is, wordt het gemaakt over het hoofd van de mensen heen, zonder voeling voor de doelgroep. Als je mensen niet van meet af aan betrekt bij je plannen, komen ze ook niet opdagen wanneer je iets organiseert. Het is niet voldoende om een zwarte artiest te programmeren en dan te denken dat de zaal automatisch volloopt met mensen van kleur.“

Wat moet er gebeuren om dat te veranderen?
“Als je wilt dat bredere groepen zich herkennen in bijvoorbeeld het culturele aanbod in de stad, moet je daarin investeren. Dat gaat niet vanzelf. En wellicht moet je het vaste publiek  bij de hand nemen. Hen een beetje opvoeden. Laten zien dat de wereld groter is dan hun eigen kringetje. Dat doen we bij heel veel andere zaken toch ook? Het begint met actief beleid op het gebied van inclusie en diversiteit. Je ziet weinig professionals van kleur die deel uitmaken van de instituties. Zorg ervoor dat je hun expertise en ervaring inzet op plekken waar beleid wordt gemaakt, in managementfuncties, op plekken waar mensen worden aangenomen en op plekken waar ze een ambassadeursrol kunnen vervullen.”

Wat vind je van de manier waarop Leiden Keti Koti viert?
“Er is een gebrek aan interesse in de manier waarop de stad omgaat met Keti Koti. De Leidse herdenking vond plaats op het terrein van museum Volkenkunde. Heel fijn natuurlijk, die samenwerking met het museum. Maar ik zou graag een passender setting zien. Waarom niet middenin de stad? In aanwezigheid van de burgemeester? Ik zou dat vanzelfsprekend vinden! Al die jaren heeft Jacintha Groen Keti Koti vrijwel in haar eentje georganiseerd. Ze heeft in Leiden pionierswerk verricht en verdient daarvoor echt een pluim. Nu zijn de gemeente en de culturele instellingen aan zet. Het is goed dat Peggy Wijntuin is aangesteld om de activiteiten te coördineren.”

Is het voldoende bekend welke rol Leiden heeft gespeeld in het koloniale en slavernijverleden?
“Er zijn boeken over geschreven, maar die kennis is lang niet bij iedereen bekend. Dat kun je mensen niet kwalijk nemen, want die informatie wordt niet breed gedeeld of onderwezen. We focussen liever op het roemruchte verleden van de stad.”

Wat zou voor jou het herdenkingsjaar de moeite waard maken? 
“Wat mij betreft herdenken we de slachtoffers van de slavernij elk jaar op een prominente plek in de stad. De Garenmarkt is bij uitstek geschikt, die heeft nu al een functie als ontmoetingsplek voor jonge mensen. Het moet een plek worden, waar alle Leidenaren naartoe kunnen om met elkaar in gesprek te gaan. Ik zie voor me dat je daar aan de voet van het monument kunt zitten en contact maakt met elkaar. We hebben nog tot 1 juli. Als we een beetje doorpakken zou het dit jaar wellicht nog haalbaar kunnen zijn.”

Stel dat er excuses zouden komen voor het slavernijverleden. Wat zou je daarvan vinden?
“Dit herdenkingsjaar zou een mooi moment zijn om dat te doen. Maar met alleen excuses ben je er niet, je moet ook zorgen dat kennis wordt gedeeld en dat je een einde maakt aan de historische achterstelling van mensen van kleur; iets dat ook speelt in onze mooie stad. De verschillen die lang geleden zijn ontstaan, moet je terugdraaien op verschillende manieren. Ja, ook financieel. Dat is iets waar de hele gemeenschap uiteindelijk voordeel bij heeft.”

Wie persoonlijke verhalen heeft of kent over het slavernijverleden in Leiden en die wil delen of een voorstel heeft voor de herdenking in 2023, kan contact opnemen met Peggy Wijntuin via: p.wijntuin@leiden.nl.
Facebook   Twitter   Instagram   Linkedin