Lukt het om de opzet van de nieuwe pensioenregeling eind dit jaar af te ronden? “We hopen van wel maar dat is nog een grote uitdaging. Juist deze maanden komen nog enkele hele belangrijke onderdelen aan de orde.” Dat zegt Ron Verhulst, pensioenmanager van J&J in Nederland.
Net zoals het pensioenfonds van J&J werken alle pensioenfondsen in Nederland aan een nieuwe pensioenregeling. Dat blijkt een taaie onderneming. Ron wijst op de koplopers; pensioenfondsen die begin 2025 als eerste met hun nieuwe regeling willen starten. “Het merendeel heeft besloten de start een half jaar uit te stellen. Het vertalen van de nieuwe regels naar de praktijk, het afwegen van ieders belangen; alles bij elkaar is het een taai, tijdrovend proces. Zeker geen appeltje-eitje.”
Ron maakt het van dichtbij mee. Hij geeft leiding aan de ‘E+E (Employees + Employers) werkgroep’ die de overgang naar de nieuwe regeling voorbereidt en voorkeuren uitspreekt. In de werkgroep zitten vertegenwoordigers van de werkgever, de centrale ondernemingsraad (COR) en de Pensioenraad. Ook sluiten regelmatig adviseurs van de verschillende partijen aan. Uiteindelijk zal de Pensioenraad advies uitbrengen aan de werkgever en de COR. Het proces daarna is als volgt: de werkgever komt met een voorgenomen besluit en vraagt hiervoor instemming aan de COR. Gaat die akkoord dan neemt de werkgever een definitief besluit en is de nieuwe pensioenregeling een feit.
Overeenstemming over basiselementen
Over een aantal basiselementen van de nieuwe pensioenregeling is binnen de werkgroep overeenstemming. De twee belangrijkste zijn:
- Over het soort contract. De voorkeur gaat uit naar een flexibele regeling voor de opbouwfase en een collectieve uitkeringsfase. Deze opzet biedt deelnemers diverse keuzes. Ze kunnen bijvoorbeeld kiezen of ze een vaste of een variabele pensioenuitkering willen als ze straks met pensioen gaan.
- Over het wel of niet invoeren van de zogeheten risicodelingsreserve. De reserve zou in sommige gevallen voor een meer stabiele uitkering kunnen zorgen. Volgens de werkgroep kleven hier te veel haken en ogen aan. Vooral in de beginfase van de nieuwe regeling moet er wel premie voor worden betaald maar is het niet duidelijk of deelnemers er ook van profiteren. Als ze van werkgever veranderen en hun pensioen mee ‘verhuizen’, gaat hun deel in de risicodelingsreserve niet mee.
Drie ‘hot items’
De belangrijkste onderdelen waar nog over wordt gesproken zijn: de premiebijdrage, de compensatie en hoe om te gaan met de opgebouwde pensioenrechten. Ron: “Dit zijn onderwerpen die het meest gevoelig liggen. Hierover zijn nu intensieve informatiesessies gaande. Eerst buigt de werkgroep zich over deze onderwerpen en geeft voorkeuren aan, daarna adviseert de Pensioenraad en vervolgens is het woord aan de werkgever en de COR.” Ron noemt het een cruciale fase op weg naar de nieuwe regeling. Volgens hem is nu niet te voorzien hoeveel tijd er nog nodig is voordat er een definitief besluit is. “Misschien eind dit jaar, misschien volgend voorjaar. Ik durf het niet te zeggen.”
Kijk van de gepensioneerden
Hoe zien de gepensioneerden het proces? Theo Elsendoorn vertegenwoordigt in de Pensioenraad de gepensioneerden. Hij zegt dat het hele proces voor pensioengerechtigden extra ingewikkeld is. “Dat begint al met de status van ons fonds. Als Europees pensioenfonds zijn we gevestigd in België. Deels moeten we voldoen aan Nederlandse regels en deels aan Belgische. Voor ons als gepensioneerden geeft dat een stuk onzekerheid en is het lastig om voor onze rechten op te komen. Mede daarom is een ‘klankbordgroep’ opgezet die regelmatig overlegt met werkgevers, de COR en de Pensioenraad, zodat ook de stem van de pensioengerechtigden beter hoorbaar wordt gemaakt.
Belangrijk voor Theo is de indexatie van pensioenuitkeringen. ''Onze pensioenregeling heeft altijd een goede opbouwfase gehad. Tot 2016 hadden we zelfs een eindloonregeling (daarna gewijzigd in een middelloonregeling). We maakten er dan ook nooit een groot punt van dat pensioenuitkeringen niet werden geïndexeerd in de jaren dat die inflatie erg laag was. Inmiddels is de inflatie echter omhooggeschoten en hebben veel gepensioneerden een groot koopkrachtverlies. ''Voor de gepensioneerden zijn twee elementen belangrijk die zij graag meegenomen willen zien in de totstandkoming van de nieuwe regeling: een goede indexatieregeling en de (verdeling van de) buffer die het pensioenfonds heeft.''
Planning
Nog steeds is het de bedoeling om de nieuwe regeling per 1-1- 2027 in te voeren. Voor de implementatie van de nieuwe regeling is 1,5 tot 2 jaar nodig aan voorbereidend werk (onder meer voor het inrichten van de ICT-systemen voor de administratie en beleggingen). Om deze planning te halen is een akkoord begin volgend jaar wenselijk.
Ron, heb je nog een laatste boodschap aan de deelnemers?
“Ik kan het niet vaak genoeg benadrukken: zorg ervoor dat wij u kunnen bereiken, uw gegevens kloppen en uw juiste privé e-mailadres bij ons bekend is. U controleert dit en past dit waar nodig aan op Mijn pensioen onder Mijn gegevens. Zo mist u gaan updates vanuit de werkgroep. Op Mijn pensioen leest ook de eerder verzonden E+E updates terug.”
“Bekijk ook regelmatig onze Pensioenakkoord pagina’s. Hier vindt u veel informatie en kijkt u het webinar ‘Uw pensioen verandert’ terug. U vindt er ook alle (toekomstige) nieuwsberichten over het nieuwe pensioenstelsel overzichtelijk terug.” |
|
|
 |
Ron Verhulst
Pensioenmanager J&J in Nederland |
|
|
 |
Theo Elsendoorn
Lid Pensioenraad namens gepensioneerden |
|
|
|
|
|
|
