Waar zouden we zijn in het onderwijs zonder goede roostermakers? Monique Rikmanspoel is zo’n doorgewinterde puzzelaar en spin in het web. Ze werkt sinds
1 januari jongstleden op het Candea College. Hoe heeft ze de afgelopen maanden op haar nieuwe werkplek ervaren?
Hoe zag je werkzame leven vóór Quadraam eruit?
“Dat speelde zich hoofdzakelijk af in het onderwijs. Eerst heb ik als roostermaker gewerkt in Arnhem bij het COG, de Christelijke Onderwijs Groep. Daarna was ik roostermaker op de Universiteit van Wageningen. Tussendoor ben ik een paar maanden als consultant aan de slag gegaan, maar dat was niets voor mij. Veel te formeel. Ik houd van de geborgenheid, het informeel samenwerken en de dynamiek van het onderwijs. Hoewel de sfeer ook binnen het onderwijs behoorlijk verschilt.”
Leg eens uit?
“Ik heb gemerkt dat het voortgezet onderwijs veel beter bij me past dan werken op een universiteit. Dat is voor mij te massaal en daardoor onpersoonlijk. Er lopen ontzettend veel mensen op de campus, maar je kent elkaar niet echt. Ik voelde me er anoniem en eenzaam. Ik vind het leuk om met anderen te sparren en op die manier bij te dragen aan een gezamenlijk doel; op de universiteit had ik het gevoel dat ik niet echt onderdeel was van het grotere geheel.”
Hoe kwam je terecht bij het Candea College?
“Nadat ik vorig jaar mijn baan bij de universiteit had opgezegd, dacht ik erover om voor mezelf te beginnen. Toen werd ik vanuit Quadraam benaderd om te solliciteren bij het Candea College. Het was een heel ontspannen en gezellig gesprek, waarin we wederzijds aan het aftasten waren of het klikte. Toen heb ik de knoop doorgehakt om toch weer in loondienst te gaan.”
Hoe waren de eerste maanden op jouw nieuwe werkplek?
“Wat hectischer dan ik me had voorgesteld. Ik startte midden in de lockdown. Het was meteen vol gasgeven met alle coronavraagstukken die voorbij kwamen. Doordat mijn voorganger helaas vrij plotseling is overleden, was er – logischerwijs - geen inhoudelijke overdracht mogelijk. Die combinatie was pittig. Gelukkig heb ik wel heel fijne collega’s.”
Wat komt er zoal kijken bij jouw werk als roostermaker?
“Binnen alle budgetten en praktische kaders puzzel ik zo optimaal mogelijke lesroosters in elkaar. Je moet met veel factoren rekening houden. Denk aan de inzetbaarheid van docenten, hun lesbevoegdheid, groepsgroottes, het aantal lessen, specifieke lokaalvereisten en koppelingen tussen bepaalde lessen. Ook zorg ik dat de roosters heel makkelijk te begrijpen zijn voor leerlingen en hun ouders: als ze in de app kijken, moeten ze bijvoorbeeld meteen zien of de les online plaatsvindt of op school.”
Waaruit haal je de meeste voldoening?
“Uit het oplossen van complexe vraagstukken. Van tevoren kan ik er wel eens tegenop zien. Het is dan een kwestie van gewoon beginnen. En als ik me er dan in vastbijt en de oplossing heb gevonden, geeft dat wel een kick. Het lastige aan roosters maken is: pas als het draait, weet je of het werkt. Als mijn mailbox leeg is en er staan geen docenten aan mijn bureau, dan weet ik: ik heb het goed gedaan.”
Levert je werk wel eens stress op en hoe ga je daarmee om?
“Binnen een school heb je te maken met veel verschillende doelgroepen. De ene docent is de andere niet. Ieder heeft zijn of haar eigen voorkeuren, voortvloeiend uit het werkveld of uit persoonlijke omstandigheden. Het is onmogelijk om het iedereen 100% naar de zin te maken. Dat is best lastig als je, zoals ik, graag tegemoetkomt aan alle wensen en behoeften. Ik probeer daarom boven tafel te krijgen welke verzoeken keiharde eisen zijn en welke wenselijk, maar niet noodzakelijk. Op basis daarvan neem ik dan beslissingen.”
Wat voor impact had het weer volledig opengaan van de school op jouw werk?
“Het liefst wilde ik me tot de zomervakantie volledig richten op het maken van het rooster voor het komende schooljaar. Het is een enorme klus waarvoor je goed de tijd moet nemen. Met het volledig heropenen van de scholen, moest ik het huidige rooster omgooien. Dat vraagt deze weken veel aandacht. Het voelt als een spagaat: met één been sta ik al in de toekomst, met het andere sta ik nog volop in het heden.”
Welke persoonlijke eigenschappen komen in jouw functie goed uit de verf?
“Ik ben een echte doorzetter: het moet en het zal goedkomen. Verder kijk ik erg analytisch naar roosters, ik probeer de bredere verbanden te zien. Tot slot is gestructureerd werken erg belangrijk; tegelijkertijd wil je ook flexibel blijven. Kortom, een veelzijdige functie.”
Wat is er verrassend aan Monique?
“Vroeger op school had ik niet bepaald een wiskundeknobbel. Ik ben zelfs gezakt op dit vak! Best bijzonder dat dit in mijn werk juist een grote rol speelt. Ik heb een hoop drempels moeten nemen en inmiddels ontzettend veel geleerd op dit gebied.”
Wat is jouw wens voor de toekomst?
“Net als iedereen hoop ik dat we dit rare jaar snel achter ons kunnen laten. Zodat we weer wat meer overzicht hebben en niet continu ingehaald worden door de tijd. Dat we beter vooruit kunnen kijken en daardoor goede keuzes kunnen maken. Verder kijk ik uit naar een gezellig etentje met m’n collega’s of meedoen met de sportdag. Al die leuke dingen waardoor je je nog meer betrokken voelt bij de school.” |
|
|
